Met de beginzin van Frisse bloesem, opgedroogd zweet heb ik wonderbaarlijk lang geworsteld. Idealiter gezien moeten de eerste zinnen van een verhaal een heleboel informatie verschaffen en de lezer moet, pats boem, midden in het verhaal terechtkomen. Hij moet meegezogen worden. Hij wordt gegrepen en wil dóórlezen.
De eerste zin uit vorige versies vond ik niet pakkend genoeg.
Die zin was: 'De Republiek was haar leidende rol in bestuur, handel en kunsten kwijtgeraakt, terwijl ze in de vorige eeuw nog haantje de voorste op het wereldtoneel speelde, maar de grote handelaren en regenten leden daar niet onder; zij genoten van een behaaglijke rust in riante buitenhuizen en teerden op de grote rijkdom die hun familie in de Gouden Eeuw had vergaard.'
Wat aan de lange kant was die zin trouwens ook.
Hierna ging ik nog even verder met de achtergrond te schilderen: 'Tegelijkertijd leed een groot deel van het volk in de steden en op het platteland armoede.' En pas in de derde zin introduceerde ik Anna Katharina, de hoofdpersoon: 'In 1763, het jaar van Anna Katharina's dood, lag de handel bijna stil en heerste er grote werkloosheid onder de bevolking.'
Alle varianten van de eerste zin die ik uitgeprobeerd heb, zal ik jullie onthouden, maar hoe ik ook puzzelde, het leverde geen bevredigend resultaat op. Ik bleef 'm te saai, te historisch vinden, meer in een geschiedenisboek dan in een novelle thuishorend. Pas toen ik even afstand van de tekst nam, zag ik wat er aan mankeerde. Die eerste zin schilderde prima de achtergrond van het verhaal, en dat dient in een historisch gefundeerd verhaal natuurlijk ook te gebeuren, maar niet zozeer in zo'n eerste zin. De context was duidelijk gemaakt, maar over de hoofdpersoon van het verhaal kwamen we niets te weten. De oplossing was simpel: Ik maakte van de derde zin de eerste: 'In 1763, het jaar van Anna Katharina's opzienbarende dood, lag de handel bijna stil en heerste er grote werkloosheid onder de bevolking.' We weten dan direct  dat Anna Katharina in het verhaal haar dood tegemoet gaat. Pas hierna schilderde ik de historische context. Om de saaiheid te verzachten, 'm soepeler te laten lopen, knipte ik de oorspronkelijke zin op. Zo'n lange zin staat dan misschien in een studie wel gewichtig, in een verhaal houd ik het toch liever eenvoudig en leesbaar.
De nieuwe eerste zin maakt direct veel duidelijk: het draait om Anna Katharina (wie), en wel specifiek over haar dood (wat), in 1763 (wanneer), in een omgeving - die in de volgende zinnen gespecificeerd wordt- waar grote werkeloosheid heerst (waar). Veel informatie dus, maar de hamvraag blijft: is deze opening wél pakkend genoeg om door te lezen. Ik hoop het, het noemen van haar dood in de eerste zin zou je in dit verband een riskante blikvanger kunnen noemen, want ik verklap iets heel belangrijks. Mijn speculatie is dat de lezer wil weten waarom het zo ver heeft kunnen komen. Uitleggen doe ik dat niet, maar belangrijke hints zijn er al wel te vinden. Ik vermeld niet voor niets die grote werkeloosheid en stilgevallen handel. In de rest van het verhaal zal overigens blijken dat sociaal maatschappelijke 'verklaringen' te simpel zijn.

In eerste instantie was ik dus tevreden met de nieuwe opening, maar toch...Na herlezing bleef ik 'm te historisch vinden. En ik wilde een verhaal vertellen, geen geschiedenisboek schrijven. De tip hoe ik dit kon oplossen kwam van een collega-schrijfster: maak van dit historische gedeelte de proloog. Zo gezegd, zo gedaan.

Daarna begin ik in Amsterdam met hoofdstuk I waar we, zoals ik al die tijd voor ogen had gehad, middenin het echte verhaal vallen.


 

Voor wie meer wil lezen; een voorbeeld van wat ik een mooi begin vind: Zeelucht - F.B. Hotz