De eindeloze oorlog in al zijn facetten is het thema van dit boek. Hoe vecht je tegen een vijand waarbij burgers en strijders nauwelijks te onderscheiden zijn? Is de harde hand van stelselmatig kampongs neerbranden of zachte dwang de beste aanpak? Waar kan een overhaaste beslissing toe leiden? 

Een roman die zonder te moraliseren dwingt tot morele stellingname, omdat de lezer door de beslissingen van Hans Heizer mee de oorlog wordt ingesleurd.

Behalve de oorlog zelf met zijn expedities komt het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger in al zijn aspecten aan de orde: de werving van nieuwe soldaten, de discipline, de samenleving van mannen en vrouwen in de legerkampen, het drankgebruik, de ziektes.

De lezer maakt kennis met:

  • De drijfveren van mannen om zich in de hel van Indië te wagen.
  • Guerrilla, vrijheidsstrijd, heilige oorlog, kolonialisme; de Atjeh-oorlog was het allemaal.
  • De hogepriesters van de handel, de onverbiddelijke strijders voor het eigengewin.
  • Nederlands meest gedecoreerde, meest bejubelde en meest verguisde militair.
  • De talloze pogingen van de Nederlanders, steeds op een andere manier, om de oorlog naar hun hand te zetten.
  • De oorlogsstrategie waarmee uiteindelijk heel Indonesië werd veroverd.
  • Eén van Nederlands grootste geleerden uit de negentiende eeuw. Een raadselachtige, geheimzinnige geleerde op het slagveld van Atjeh.
  • Het dagelijks leven van de soldaten.
  • De gesel van Indië: het onbarmhartige klimaat, de tropische ziekten.
  • Nederlandse aanvoerders, zoals generaal Eénoog.
  • Opportunisten en principiëlen.
  • De uitroeiing van de laatste religieuze leiders die niet van opgeven wisten.